“Crisis? We hebben het enorm goed hier”

Schrijfster Annegreet van Bergen stelde een simpele vraag: ‘hoe heeft economische groei ons leven veranderd?’ De antwoorden op die vraag staan in haar bestseller Gouden jaren. Het boek is in 5 maanden al 100.000 keer over de toonbank gegaan. ‘Gouden jaren’ slaat op de ontwikkeling die Nederland doormaakte, niet op het verleden. Van Bergen: “Je zou door het nieuws haast anders denken, maar we zijn er de afgelopen decennia enorm op vooruitgegaan.”

Annegreet van Bergen - Gouden Jaren - toekomt.nlGefeliciteerd, 100.000 verkochte exemplaren! Staat u ervan te kijken?

“Tijdens het schrijven had ik al het idee dat dit een goed boek zou worden. Het geeft zo’n mooi beeld van de enorme verschillen tussen vroeger en nu. Dat er al binnen 5 maanden zoveel exemplaren verkocht zouden worden is wel verrassend. Toen het boek uitkwam kwamen er meteen veel positieve reacties. Nu nog steeds. Mensen praten erover. Op feestjes, op straat, bij lezingen. Er was zelfs een mevrouw die me mailde dat ze van het boek hoorde in de kassarij bij een bouwmarkt.”


 

“Mensen willen weten waar ze vandaan komen”

 


Waarom spreekt ‘Gouden jaren’ zoveel mensen aan?

“Mensen herkennen situaties uit het boek. Het wassen, de kolenkachel, de introductie van de televisie. Het valt me op dat zestigers zijn geïnteresseerd in de jaren ’30. Er is een hang naar vroeger, naar de kindertijd, of de tijd van hun ouders en grootouders. Mensen willen weten waar ze vandaan komen.”

Het lijkt zo vooral een boek voor iets oudere mensen.

“Ja en nee. Er zijn genoeg jongeren die het boek ook lezen. Aan de andere kant: de meeste jongeren zijn niet erg met het directe verleden bezig. Denk je dat ik met die zaken bezig was op de middelbare school? Ik weet nog dat bijna alle textielfabrieken in Enschede dichtgingen. Vanuit historisch oogpunt een enorme ontwikkeling. En ik? Ik was als puber vooral bezig met schrijven en jongens.”

Annegreet van Bergen - Gouden Jaren - toekomt.nl

Een jonge Annegreet in het lavet


 

“Daarvóór schreef ik met een kroontjespen. Wat een crime: pootjes die verbuigen, inktvlekken…”

 


Was u ook als klein meisje al bezig met schrijven?

“Ja! Wilde altijd al journaliste of schrijver worden. Ik zat in de schoolkrant op de lagere school, middelbare school en de universiteit. Het begon al jong. Ik kreeg als zesjarig kind een stempeldoos van Sinterklaas. Dat vond ik geweldig. Mijn eerste, echte balpen was ook een prachtig moment. Het was een blauwe pen met een zilveren dop. Daarvóór schreef ik met een kroontjespen. Wat een crime: pootjes die verbuigen, inktvlekken…”

U speelde wel buiten?

“Natuurlijk, ik heb heel veel buiten gespeeld. Ik ben opgegroeid in Enschede. Het was er heel groen. Daar hou ik van, daarom ben ik ook naar Zutphen verhuisd. Als kind ging ik altijd reeën kijken met mijn vader. Toen kwam de Universiteit Twente. Dat was wat hoor. De lokale bevolking ging ‘studenten kijken’. Ik weet nog dat de studenten een bordje ophingen: ‘Studenten kijken: 2 gulden 50’.”


 

“Mijn vader kon nog geen roestige paperclip weggooien”

 


De veranderingen in de afgelopen eeuw zijn enorm geweest. Heeft dat nog invloed op hoe u nu leeft?

“Je groeit automatisch mee met de ontwikkelingen. Er zijn wel wat dingen waar ik op let. Je zult bij mij niet snel het licht onnodig zien branden in de gang. Ik ben ook heel zuinig met warm water. En oud brood rooster ik, of het moet echt niet meer goed zijn. Zo zuinig als mijn vader ben ik niet. Zo had hij een diaprojector, waarvoor hij van oude binnenbanden een riem maakte. Dan hoefde hij er geen te kopen. Mijn vader leefde erg sober. Hij kon nog geen roestige paperclip weggooien.”

Welke ontwikkeling heeft de grootste impact gehad?

“Het is cliché maar waar: de wasmachine. Die wordt ook door mensen het meest genoemd. Was je vroeger zeker anderhalve dag bezig met het wassen, nu is het iets wat je even vlug tussendoor doet.”

Annegreet van Bergen - Gouden Jaren - toekomt.nl

Annegreet van Bergen. (Foto: Annaleen Louwes)

De wasmachine, de auto, robots die fysiek zware arbeid van mensen overnemen: de welvaart heeft er ook voor gezorgd dat we minder beweging krijgen.

“Dat klopt. Zeker in de jaren ’60 kwam er meer geld, en meer spullen. Een radio, pick-up, televisie, koelkast, wasmachine, en als je geld had een auto. Ik vond het opvallend om te zien dat mensen de tot dat veelgebruikte fiets ineens links lieten liggen. Mensen haalden de neus ervoor op. Nu zie je dat mensen doorkrijgen dat je je lichaam gezond moet houden. De fitness-trend van nu begon eind jaren ’70, begin jaren ’80. Je zag trimtoestellen verschijnen in het park. En iemand als Adèle Bloemendaal ging aerobics doen. Waren het vroeger juist rijke mensen die te zwaar waren, tegenwoordig zie je juist bij arbeiders veel overgewicht. Dat komt door minder zwaar werk en meer eten.”

Hoe denkt u dat het in de toekomst zal gaan?

“Dat weet ik niet. Ik focus op de achter ons liggende economische groei en wat daardoor is veranderd, ik ben geen psycholoog en ook geen waarzegger. Ik kijk niet naar de toekomst, daar waag ik me niet aan. Ik ga mezelf niet voor schut zetten. Als je kijkt naar alle voorspellingen die mensen hebben gedaan afgelopen jaren, die zijn toch niet uitgekomen. Ik hou me liever aan de feiten.”


 

“Ik ga mezelf niet voor schut zetten”

 


Tot slot: heeft u nog een leuk feitje dat u kunt delen?

“Ja, een erg leuke: in 2016 ben ik gastconservator voor de tentoonstelling Gouden jaren in museum Twentse Welle.”


Lees meer over Gouden jaren

Lees meer over ‘boek’

Ga naar toekomt.nl